Twintig jaar geleden werd de eerste voedselbank in Nederland geopend. Om te beginnen waren de reacties negatief. Een gevolg van het ontkennen dat er armoede zou heersen in een land als het onze? ‘Over 4 jaar bestaat de voedselbank niet meer’, werd er gezegd. De oprichters: Sjaak en Clara Sies werden daardoor niet van de wijs gebracht. En het bewijs is geleverd: het totale aantal voedselbanken is momenteel uitgegroeid tot 171 verspreid over heel Nederland.
De voedselbank heeft een tweeledig doel.
Ten eerste om armoede te bestrijden. De armoedegrens wordt berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek. In 2022 ligt in Nederland die grens bij een inkomen per maand van €1090 voor een alleenstaande, €1660 voor een eenoudergezin met twee minderjarige kinderen, €1530 voor een paar en €2080 voor een paar, met twee minderjarige kinderen. Momenteel zijn er 1 miljoen mensen die onder de armoedegrens leven. Deze mensen kunnen aanspraak maken op een voedselpakket. Op de website www.voedselbankennederland.nl) zijn de toelatingscriteria en berekeningswijze nauwgezet geformuleerd. Bij aanmelding zijn vrijwel altijd professionele hulpverleners betrokken. ‘Geen pakket zonder hulpverleningstraject’.
Ten tweede: in Nederland wordt jaarlijks 2 miljard kilo voedsel verspild (Monitor Voedselverspilling Update 2019) Bijna de helft wordt verspild door de particulier thuis en de rest door bedrijven zoals bijvoorbeeld fabrikanten van voedselproducten, detailhandel en horeca. Dat zijn duizelingwekkende cijfers! Daarvan weet de voedselbank 1 à 2% te redden. Hoe gebeurt dat? Door de overschotten van fabrikanten en supermarkten te verzamelen en naar plaatselijke loodsen te brengen. De voedselbank beschikt over koel/vries wagens en koel/vriescellen, dus ook verse- en diepvriesproducten kunnen worden opgeslagen.
Er is ook veel vraag naar non-food, zoals sanitaire producten. Maar niet alle voedselbanken krijgen dan type artikelen aangeboden.
Ten tijde van economische crisis, zoals momenteel met de verdubbeling van gasprijzen en algemene inflatie, zijn supermarkten zelf zuiniger op hun overschot. Denk aan de afgeprijsde artikelen bij AH en aan artikelen met de sticker ‘Weggooien is zonde’. Bedrijven blijven langer op hun voorraden zitten en staan hun overtollige voorraden pas af aan voedselbanken vlak voor de uiterste houdbaarheidsdatum. Dat wordt gevoeld bij de voedselbank: er is een kleiner aanbod, terwijl de vraag stijgt.
In december, de feestmaand bij uitstek, wordt er van 5 dec tot 9 dec actiegevoerd in onze wijk. U kunt artikelen, zoals genoemd in de flyer die u in de bus hebt gekregen, inleveren bij ’t Klokhuis of bij één van de winkels in de Bankastraat achterlaten. Ze hebben inmiddels allemaal hun medewerking toegezegd!
In Italië staat bij de uitgang van de plaatselijke supermarkt het hele jaar rond een grote plastic doorschijnende ton. Daar stoppen mensen dagelijks wat extra gekochte levensmiddelen in. Welke grote supermarkt in Nederland voelt zich geroepen om dit mooie voorbeeld te volgen?
KK